Hari Kamis 16 juni
Om 11 uur varen we weg, naar Sumbawa.
Met het goedkoopste kaartje kunnen we in de
Vip-ruimte zitten (airco, tv, kuipstoeltjes).
Anderhalf uur later komen we aan op Sumbawa. Een
groot eiland waar we maar heel weinig informatie over hebben kunnen vinden, en
ook alleen maar een hele globale wegenkaart (schaal 1:750.000) van hebben.
Dorpje
op Sumbawa:
Pato Tano
Het is bloedheet, dus snel de fiets op gesprongen en
met de wind achter rijden we er flink op los.
Vanaf Poto Tano komen we door een droog landschap. In
het begin zijn er nog vissersdorpjes met typische paalwoningen, maar later wordt
de streek wat verlaten. Het landschap doet ons eerst niet echt aan de tropen
denken, maar later keren gelukkig de palmbomen en de rijstvelden weer terug.
De weg is van prima kwaliteit en we rijden dan ook in
één ruk door naar Alas. Hier zoeken we hotel Telaga op. Ruime schone kamers.
Prima dus. Na een mandi gaan we het dorp zelf maar eens bekijken en lopen wat
zijstraatjes in. We staan dan direct midden in het dorpsleven. Schitterend. Het
valt ons op dat ondanks de vele mensen er op de "straten" zelf weinig
tot geen rommel ligt. Men dumpt het blijkbaar elders, maar de straten zijn
relatief schoon.
's Avonds eten we wat bij een warung (eetstalletje op
straat). We zijn hier de enige toeristen. Een rare gewaarwording.


Alas
'Bus'station
Pos(t)kantoor
Hari Jumat 17 juni
Om 9 uur zitten we al in het zadel. Na een tiental
kilometers zien we voor de kust het dichtstbevolkte eiland ter wereld liggen:
Bungin.
Als men op dat eiland gaat trouwen en in een eigen
huis wil wonen, moet men verhuizen naar het vaste land, of met puin een stukje
zee droogleggen om zo het eiland een stukje vergroten en daarop een nieuw huis
neerzetten. Kun je nagaan wat er bij een overstroming gebeurt... De doden moeten
trouwens op een ander eiland worden begraven.
De route voert ons over een prima weg: af en toe
glooiend, langs rijstvelden, tapioca velden, bananen- en katoenplantages en her
en der gehuchten met kinderen, veel kinderen. We hebben al die tijd uitzicht op
de bergen.
Het toerisme is hier echt nog niet doorgedrongen.
Onderweg zijn er nauwelijks eet- en drinkgelegenheden, maar het is hier
werkelijk prachtig!
Bungin:
het dichtstbevolkte eiland ter
wereld
We nemen onze intrek in Kencana Beach Inn, dicht bij
Sumbawa Besar. Dit complex is een verzameling mooie vrijstaande huisjes op palen
aan de oceaan. Na een mandi fietsen we nog naar Sumbawa Besar. 'n Stad waar, zo
op het eerste gezicht, niet veel aan is. Hier drinken we thee, kopen
fotorolletjes en bezoeken het Sultan Paleis. Dit gebouw bestaat volledig uit
hout en is in 1885 gebouwd. Hier krijgen we een "privé-rondleiding"
van een afstammelinge (kleindochter?) van de laatste sultan. Het ligt in de
bedoeling er een museum van te maken.
's Avonds gaan we samen met Lars en Ellen (zij
logeren in hetzelfde complex als wij) naar een traditionele bruiloft in Bangkong.
Met z'n vieren huren we een bemo voor 10.000 Rp per uur. Via een vreselijk
keienpad gaan we steeds verder de bergen in om uiteindelijk in Bangkong te
eindigen. Hier is het een drukte van jewelste. Bruid en bruidegom zien er
schitterend uit in hun traditionele (gehuurde) kleding.
Na het bruidspaar begroet, gefeliciteerd en geld in
een envelop gegeven te hebben, worden we op de eerste rij neergezet en met alle
egards behandeld die je maar kunt bedenken. Verder stelt de bruiloft zelf niet
veel voor. We zitten maar zo'n beetje en een band speelt verschillende liedjes.
Na de muziek gaan bruid en de bruidegom naar het huis
van de bruid en daar worden traditionele dansen en muziek uitgevoerd. Wij gaan
naar het huis van de familie van de bruid waar later ook het bruidspaar aankomt.
Wij krijgen uit respect voor ons bezoek nasi campur. Om 11 uur ‘s avonds! Uit
beleefdheid eten wij er iets van. Ook moeten we nog sigaretten van
lontar-bladeren roken. En dan te bedenken dat we alle 4 niet-rokers zijn!
Voor het eerst zijn er in dit dorp buitenlanders op
een bruiloft en dat hebben we geweten ook.
Bruid en bruidegom moeten hun eerste nacht samen
wakker blijven. Bereidwillige dorpsgenoten zorgen daar voor, door van tijd tot
tijd op een grote trom te slaan en daarbij te zingen.
Alles bij elkaar is het wel een hele bijzondere
ervaring.


Traditionele bruiloft in Bankong
Hari Sabtu 18 juni
We zijn vandaag precies twee weken onderweg.
We houden een heerlijke luierdag: op het strand
liggen, zwemmen, lezen en slapen. Even één dag géén indrukken verwerken.
Bevalt uitstekend. Vandaag besluiten we ook om met een wandeling (soort
trekking) van een halve dag mee te gaan.
Hari Minggu 19 juni
Vanochtend hebben we om 5 uur de wekker af laten
lopen. De afspraak was (dachten we) dat we om kwart voor 6 zouden ontbijten en
om 6 uur zouden worden opgehaald. Maar om 10 voor half 6 staat plotseling de
chauffeur al op de stoep. Na wat heen en weer gepraat uiteindelijk toch maar
eerst ontbeten en het oorspronkelijke plan uitgevoerd. Om 6 uur rijden we met
een pick-up weg. Wij met z’n tweeën voorin, en Lars en Ellen in
rotanstoeltjes achter in de open bak. Prachtig gezicht. Zij moeten in die
stoeltjes zitten, want gewoon met je kont op de laadvloer, dat kan niet. Het is
geen gezicht!
Bij Hotel Tamora in Sumbawa Besar voegen de eigenaar,
personeelsleden en nog een aantal andere mensen zich bij ons. Het gezelschap
bestaat nu uit zo'n 25 mensen. Het grootste deel moet in/op de pick-up. Dit zien
we anders alleen maar aan ons voorbij gaan en nu zitten we er zelf in. Prachtig!
We rijden zo’n 30 km in zuidelijke richting de
bergen in. Hier beginnen we als één grote familie aan de wandeling (met een
lokale gids die we onderweg opgepikt hebben).
De wandeling loopt via de bush, rijstvelden en een
rivier naar een plek in de rivier waar grote rotsblokken liggen. Hier gaan we
wat lummelen en kletsen. De moeder van de eigenaar gaat spontaan uit de kleren
(hield alleen haar broek en bh aan) en neemt een douche bij een watervalletje in
de rivier. We lunchen hier ook: rijst met vlees verpakt in een bananenblad. Weer
een nieuwe ervaring!
Na de lunch lopen we via een andere route terug naar
de auto. Hier kijken we nog wat rond en eten suikerriet (een weeïge zoete
smaak).
Vervolgens gaan we met de auto’s weer op weg, nu
naar een waterval. We rijden over de meest verschrikkelijke keienpaden, door
rivieren, en soms moet iedereen uitstappen. Na deze bizarre rit bereiken we
uiteindelijk een plek (nadat we in een dorp eerst nog een plaatselijke gids
hebben opgepikt) vanwaar we nog één kilometer door de jungle moeten sjouwen om
bij een hele grote waterval uit te komen.
Het is hier prachtig en we brengen er dan ook een
hele tijd door. Steeds meer mensen gaan (deels) uit de kleren en nemen een bad.
Dus ik ook!
Wayan is onze min of meer persoonlijke gids, en geeft
ons steeds heel uitgebreid informatie over de natuur. Zo zien we o.a.
teakplantages, mango- en cashewnotenbomen en veel bomen met geneeskrachtige
kruiden en vruchten. Bovendien ook nog apen en een arend. Reuze interessant
allemaal. Er groeit hier zoveel in de natuur dat je makkelijk in leven zou
kunnen blijven in tijd van nood.
Uiteindelijk gaan we weer terug, via dezelfde
moeizame weg als we gekomen zijn.


Op expeditie in het oerwoud
Al met al weer een onvergetelijke dag. De mensen zijn
zo enorm vriendelijk, behulpzaam en gezellig. Heel leuk om een dag met hun op
stap te zijn.
We hebben echt in een tropisch regenwoud gelopen! Te
gek gewoon. Hier konden we alleen maar van dromen.
Wat ons erg verbaasd heeft, was dat de moeder van de
eigenaar overal mee naar toe sjouwde. Niets was te moeilijk en het ging ook nog
in een straf tempo. Dat moet wel een enorm sterke vrouw zijn.
Op de terugweg van Sumbawa Besar naar Kencana Beach
mochten wij in de rotanstoeltjes zitten. Dat voelt best belachelijk, maar aan de
andere kant is het ook wel heel leuk.
Uiteindelijk komen we om kwart over 6 weer terug bij
ons bungalowtje. Dit was dus gepland als een wandeling van een halve dag, het is
een trekking van meer dan 12 uren geworden!
Hari Senin 20 juni
Vanochtend zijn wij met de fiets naar Sumbawa Besar
gegaan en hebben die bij Hotel Tamora gestald. Bij het busstation nemen we een
Ben Hur (paardentaxi) naar de markt waar ook de bemo's staan. Hier charteren we
een privé-bemo (degenen die er al inzitten moeten eruit) voor Rp 4000 naar Poto.
Poto is een dorp waar songket-weven beoefend wordt. We zoeken een tijdje, maar
kunnen niet meer kunnen vinden dan een vrouw die klosjes garen prepareert. Niet
zo geslaagd dus. Uiteindelijk gaan we maar weer met een bemo terug (nu voor Rp
1000!).
We lunchen in hotel Tamora. Omdat we niet dezelfde
weg terug naar Poto Tano willen fietsen als op de heenweg, regelen we een bus
(totaal Rp 8000 voor twee personen en 2 fietsen voor ca. 125 km).
's Middags doen we lekker ontspannen: schelpen
zoeken, lezen en de bullen grotendeels inpakken. Morgenvroeg (6 uur!) komt de
bus ons op halen.
Hari Selasa 21 juni
Vanochtend zijn we om 5 uur gewekt (hebben we niet om
gevraagd, maar dat doet men gewoon, omdat ze weten dat we met de bus mee
moeten). Om kwart voor 6 is de bus er al. Wij stappen in, en terwijl onze bagage
en fietsen het dak worden opgewerkt rijdt de bus al weer. We zijn daar inmiddels
aan gewend, zodat we ons er al niet meer druk om maken.
Als we een tijdje rijden komen de jongens die onze
bagage en fietsen hebben vastgeknoopt, via een raampje naar binnen!
Na een voorspoedige rit komen we om half
8 aan in de haven. Hier missen we net de boot. Dat betekent een uur wachten.
Samen met Lars en Ellen en onder het genot van een kopje thee.